Deze keer wat meer over het mineraal ofwel spoorelement zink, een zeer belangrijk mineraal in ons lichaam. Zink is betrokken bij meer dan 100 enzymreacties en aanwezig in vrijwel iedere cel in ons lichaam. Een tekort aan zink is nog niet meetbaar in bloed en dus ook lastig vast te stellen. In mijn praktijk kom ik echter veel vaker tekorten aan spoorelementen tegen dan aan vitamines. Spoorelementen zijn elementen die in hoeveelheden van enkele tientallen microgrammen tot ongeveer 20 à 30 mg per dag met de voeding moeten worden opgenomen om een optimaal functioneren van ons lichaam te waarborgen. Voor een normale celdeling moet onder meer voldoende zink vrij beschikbaar zijn.
Een tekort aan zink kan op de volgende manieren ontstaan:
- Te laag zinkgehalte in de voeding
- Te geringe absorbeerbaarheid van spoorelementen uit de voeding
- Absorptiestoringen in de darm
- Verhoogde zinkuitscheiding via urine, feces en transpiratie
- Lijnen, vasten en vermageringsdieëten
- Stress en ziekten
- Flesvoeding in plaats van borstvoeding
- Eigen oestrogeenproductie
- Oestrogenen bevattende anticonceptiepil en bepaalde medicijnen
- Verhoogd intern zinkverbruik.
Een aantal van deze oorzaken zal ik nader toelichten.
Te laag zinkgehalte in de voeding komt meestal doordat de landbouwgronden arm zijn aan spoorelementen, mede door gebruik van kunstmest. Als deze spoorelementen niet op de akkers in de gewassen komen is dat een probleem, want ons lichaam kan deze spoorelementen niet zelf aanmaken, alleen weghalen uit reserves in het lichaam. Tijdens raffinage van meel, suiker en rijst gaat van het aanwezige chroom 92 tot 98% verloren, van zink 54 tot 88% en van mangaan 75 tot 89%, om er maar een paar te noemen. Het eten van veel geraffineerde producten levert sneller een tekort op aan spoorelementen.
Zink werkt nauw samen met insuline, die ervoor zorgt dat glucose kan worden opgeslagen of verbrand in de cellen. Een tekort aan zink kan de afgifte van insuline in de alvleesklier verstoren waardoor het lichaam steeds te veel of juist te weinig insuline afgeeft met als gevolg dat de bloedsuikerspiegel niet stabiel is.
Uit onderzoek is vast komen staan dat in koemelk het zink is gebonden aan caseïne. Omdat baby’s caseïne slecht verteren, wordt zink uit koemelk slecht opgenomen. Als de moeder echter een slechte zinkstatus heeft, zal haar borstvoeding ook te weinig zink bevatten voor haar kind. Te weinig zink remt de groei.
Een enzym dat alcohol in de lever laat afbreken, heeft voor zijn werking voldoende zink nodig. Daalt de zinkconcentratie te veel, dan verliest dit enzym zijn werking en wordt alcohol minder snel afgebroken en dus niet goed meer verdragen. Ofwel: Zinc before you drink.
Zink stimuleert de producten van witte bloedlichaampjes, dit is goed voor de immuniteit. Met voldoende zink word je minder snel ziek. Zink heeft een positieve werking op de bloedstolling, het bevordert de opname van co-enzym Q10. Q10 is een onmisbaar onderdeel in de energievoorziening van hart-, spier- en levercellen. Zink verhoogt ook de aanmaak van de intrinsic factor in de maagwand, hierdoor verbetert de opname van vitamine B12. Eveneens wordt de maagzuurproductie gestimuleerd wat gunstig is voor de vertering. Zink geeft flexibiliteit aan botten, nagels en tanden en het houdt de haren soepel. Het vergroot ook de weerbaarheid tegen schimmels en bacteriën. Tekort aan zink kun je voorts ook nog merken aan witte vlekjes op de nagels, smaak en reukverlies, haarverlies, acné, slechte wondgenezing. Ook is er veel zink nodig voor de vorming van sperma. Hierdoor wordt zink ook wel eens aangeduid als een “mannenmineraal”. Voor vrouwen is het echter even belangrijk.
Interacties met bepaalde medicijnen zijn mogelijk. Zo geeft o.a. het gebruik van de anticonceptie pil, ACE-remmers, corticosteroïden en diuretica een verhoogde behoefte aan zink. Kaliumsparende diuretica daarentegen verlagen de uitscheiding van zink. Een zinksupplement kan de opname van zogenaamde NSAID (zoals ibuprofen, naproxen) verlagen. Neem deze niet tegelijktijdig in. Hoge doseringen foliumzuur (hoger dan 1 mg) verhoogt de zinkbehoefte. Neem ijzer- en zinksupplementen los van elkaar; ijzer kan de opname van zink verlagen en vice versa. Zink kan de insuline-afgifte en insulinegevoeligheid verhogen, ik noemde het al eerder. Mensen die diabetesmedicatie gebruiken dienen hiermee rekening te houden. Zink en kopen zijn antagonisten van elkaar. Na langdurig gebruik van zink supplementen kan een tekort aan koper ontstaan.
Voedingsmiddelen die rijk zijn aan zink zijn asperges, aubergines, avocado, boter, haver, boekweit, uien, kokos, hazelnoten, amandelen, sesamzaad, haring en oesters. Bestanddelen in knoflook en ui verhogen de absorptie van zink.